Relatiepatroon Afstand – Verbondenheid
Binnen relaties zijn wisselingen in gevoelens van afstand en verbondenheid heel normaal. Ze zijn niet te vermijden en zelfs noodzakelijk om te ontwikkelen en groeien.

Elke relatie heeft met het thema afstand – verbondenheid te maken. Soms zit je op dezelfde lijn met je partner en voel je je erg verbonden met elkaar. Op andere momenten merk je dat er meer afstand is of heb je misschien minder behoefte om bij elkaar te zijn. Deze perioden kunnen kort of lang duren maar komen hoe dan ook in elke relatie voor. Echter, de manier waarop koppels omgaan met dit afwisselen van afstand en nabijheid is steeds weer anders.
Als relatietherapeuten zien wij de wisselingen in afstand en nabijheid als heel normaal en gezond. Problemen ontstaan vaak daar waar koppels niet goed weten hoe zij met deze wisselingen om moeten gaan.
Als je elkaar leert kennen, is er meestal een sterke verbondenheid. Je bent verliefd, je wilt niets liever dan bij elkaar zijn en je vindt dezelfde dingen leuk. Je bent als het ware versmolten, je bewondert elkaar en het voelt alsof de ander je compleet maakt. Maar na een tijd is deze eerste verliefdheid over. Je bent het niet altijd meer met elkaar eens, sommige dingen vind je eigenlijk niet zo leuk aan de ander en soms heb je daar ruzie over. Verbonden zijn, is niet meer zo vanzelfsprekend, er ontstaat wat meer afstand en de meeste koppels voelen dit heel goed aan. In deze fase zien we verschillende reacties:
Sommige koppels denken op dit punt dat de relatie niet meer klopt. Omdat zij niet meer vanzelfsprekend elkaars behoeften vervullen, ontstaat er wrijving. Vaak verwijten zij elkaar dan (hardop of in stilte) dat de ander veranderd is. Eigenlijk is dit verwijten een poging om weer op één lijn te komen maar het heeft helaas een tegengesteld effect. Niets creëert immers sneller afstand dan onderlinge verwijten en hierdoor komt men in een visuele cirkel van steeds meer verwijdering terecht.
Ook komen wij tegen dat, vanuit angst om elkaar te verliezen, vanuit angst voor de afstand, partners steeds maar in de verbondenheid proberen te blijven. Voor sommige relaties kan dit prima werken maar meestal is dit niet langdurig vol te houden. Dit vraagt immers veel aanpassen, conflicten vermijden en het laten varen van de eigen behoeften. Zeker in hedendaagse relaties leidt dit vroeg of laat toch vaak tot een breuk omdat men het eigen geluk, het eigen pad, niet meer in de relatie kan vinden.
In een gezonde relatie mogen afstand en nabijheid er beiden zijn. Partners kunnen dit zien als een natuurlijk proces waarbij je soms samen en soms apart wil zijn.
Soms wil je samen zijn en soms appart en daarin loop je nit altijd gelijk op. Als partners kunnen zien en aanvaarden dat dit een natuurlijk proces is, kan het benoemd en besproken worden binnen de relatie. Zij kunnen behoeftes aan afstand en nabijheid naast elkaar leggen zonder direct in gevoelens van gekwetstheid, afwijzing of juist benauwdheid en onvrijheid terecht te komen. Zij kunnen stoppen met elkaar te willen overtuigen dat de behoeften van de één meer gerechtvaardigd zijn dan die van de ander. Daardoor lukt het hen ook om naast deze individuele behoeften ook naar de behoeften van de relatie te kijken. “Wat heeft onze relatie nodig om te slagen”. Hiermee komen de individuele behoeften en de behoeften van de relatie in balans en zal de relatie een heel natuurlijk patroon gaan volgen.
Afstand brengt meer eigenheid. Eigenheid creeëert verschil. Verschil kan leiden tot aantrekking. Aantrekking brengt meer samen.
“Opposites attract” zegt het spreekwoord. M.a.w. er is verschil nodig om geïnteresseerd te raken in elkaar. Dit is gemakkelijk te herkennen in de sterke verbondenheid van de verliefdheidsfase, je kunt geen genoeg van elkaar krijgen. Maar door deze sterke verbinding die je met elkaar hebt, wordt het verschil op den steeds duur juist weer minder en daarmee ook de aantrekkingskracht. Het is als samen in bad zitten, in het begin is het heerlijk maar op een gegeven moment wil je er ook weer uit. Je hebt dan even “genoeg” van elkaar, net zoals na het eten van een heerlijke maaltijd. En als je genoeg hebt gegeten is het fijn om iets anders te gaan doen tot je weer trek krijgt.
Partners die elkaar in deze fase los kunnen laten, gaan meer hun eigen behoeften volgen. Zij nemen een hobby, doen meer apart, hebben misschien eigen vrienden en heroverwegen de normen en waarden die binnen de relatie zijn ontstaan. Door elkaar niet vast te houden maar vrij te laten, kan ieder zich weer persoonlijk ontwikkelen. Als het hen lukt om hierover met elkaar contact te houden zonder af te keuren, kan er verschil ontstaan maar hoeven zij niet uit elkaar te groeien. En als zij geïnteresseerd kunnen blijven over dit verschil i.p.v. verwijtend, leidt dit vanzelf weer tot aantrekking! Zij nemen de opgedane energie en ervaring van hun eigen pad mee terug in de relatie en worden opnieuw verliefd. Het is dan weer heerlijk om te delen met je partner. Todat….je weer even “genoeg” hebt van elkaar.